Welkom bij de vrienden van het Staelduinse Bos!
Wat fijn dat je ons gevonden hebt! Wij zijn een enthousiaste groep vrijwilligers die zich met hart en ziel inzetten voor het prachtige Staelduinse Bos en het Bezoekerscentrum d’Oude Koestal.
In d’Oude Koestal beheren we niet alleen het centrum, maar organiseren we ook regelmatig boeiende exposities en diverse activiteiten voor jong en oud. Ons doel? Jou laten genieten van de natuur, je meer leren over de rijke historie van het bos en je inspireren om zelf ook een steentje bij te dragen aan het behoud ervan.
Of je nu komt voor een educatieve tentoonstelling, een mooie wandeling door het bos of gewoon voor een kopje koffie en een praatje, je bent van harte welkom!
Kijk rustig rond op onze website om meer te ontdekken over wie we zijn, wat we doen en hoe jij eventueel kunt meedoen. We kijken ernaar uit je te ontmoeten in d’Oude Koestal!
Het Staelduinse bos
Het Staelduinse Bos, zo’n 100 hectare groot, is een groen toevluchtsoord te midden van het glastuinbouwgebied. Oorspronkelijk werden de middeleeuwse duinen rond 1850 door jonkheer van Rijckevorsel beplant, puur uit jachtplezier en met het oog op latere houtopbrengsten. Enkele oude beukenlanen herinneren nog aan die tijd.
Rondom het bos liggen schrale weilandjes op afgegraven duingrond, waar in het voorjaar pinksterbloemen, rode zuring en gele ratelaar bloeien. Samen met de bloeiende meidoorn in de bosrand trekken deze veel dieren aan. Om deze diversiteit te behouden, worden de weilanden gehooid en nabeweid. Een kijkscherm bij een plasje biedt een mooie gelegenheid om vogels te spotten.
De vele duintjes in het bos maken wandelen hier aantrekkelijk. In het voorjaar verschijnen er boshyacinten, later gevolgd door lelietjes-van-dalen tussen varens en kruisbessen.
Het Zuidhollands Landschap beheert het gebied sinds 1970 (westelijk deel) en 1987 (oostelijk deel) zo natuurlijk mogelijk. Dood hout blijft liggen of staan, want het bruist van het leven: grootoorvleermuizen slapen in holle bomen en insecten in rottend hout trekken spechten aan.
Vooral in de herfst is de paddenstoelenrijkdom opmerkelijk, met wel 180 getelde soorten. Grote heksenkringen vallen op; hoe groter de cirkel, hoe ouder de paddenstoel. De vele bunkers in het bos dienen als winterverblijfplaats voor wel zes soorten vleermuizen, dankzij de constante lage temperatuur en hoge vochtigheid die de metersdikke muren bieden.
Meer informatie over dit bijzondere gebied is verkrijgbaar bij bezoekerscentrum d’Oude Koestal van de Vrienden van het Staelduinse Bos, of op deze pagina waar u een zeer uigebreid verslag over de geschiedenis van het Staelduinse bos vindt.
